Niet alleen de fik zelf is een bron van geluk. Ook het proces om een vuurtje te stoken raakt ons. Het is zo lekker primitief, een vuur stoken. Hout zagen, hout hakken, hout stapelen. Hout de tijd geven om te drogen tot het klaar is om een perfect vuur te stoken. Daarna een mooie stapel hout in je kachel opbouwen, netjes volgens de Zwitserse methode: grote blokken eerst, dan iets kleinere blokken en bovenop de aanmaakhoutjes. Natuurlijk geen geklooi met allerlei flessen rommel, maar gewoon vuur maken met hout en lucifers. Het heeft iets ambachtelijks en ‘ambachtelijk’ voelt fijn. We kopen toch ook liever brood van de ambachtelijke bakker dan van de broodfabriek? En zo zit je dus heerlijk te genieten van het door jou zelf ‘ambachtelijk’ gemaakte vuur.